ik heb een teletijdmachine waarmee we naar allerlei ruimtes kunnen teleporteren kan jij raden waar we zijn? ik stel hem even in bliep bloep piep piep wauw kijk.. ik beeld uit dat ik kampeer in het bos (tent openritsen, hout sprokkelen, vuurtje maken...). Waar ben ik? (In het bos, in een tent, op een camping) Hoe weet je dat? (vuurtje maken, tent openen...) Welke geluiden heb je gehoord? (breken van takken, aanstrijken van een lucifer...)
-opdracht 1: ik heb je nu per 2 gezet. Iedereen bedenkt een ruimte. Als ik in mijn handen klap, voert één van de twee een handeling uit die je in die ruimte zou doen. De andere probeert te raden welke ruimte het is. Daarna wissel je om. -Opdracht 2: zoek een andere partner. De persoon die het eerste gaat uitbeelden doet een ruimte na die begint met de letter K S of L denk maar even na.. als je het weet mag je uitbeelden en de ander mag proberen raden. Heeft iedereen het kunnen raden? Oke dan mag de andere persoon uitbeelden. je doet een ruimte na die begint met de letter D E of F denk maar na en beeld uit
-Elke groep(ze staan nu per 4) krijgt een kaartje met een locatie op. Je krijgt 2 minuten de tijd om handelingen te bedenken die je in die ruimte zou uitvoeren. Nadien kijken we naar elkaar en raden we de verschillende ruimtes. Je mag beginnen spelen maar je mag enkel bewegen pas als ik in mijn handen klap mag je geluiden maken.
-We spelen het inspringspel. Jullie krijgen weer een andere ruimte toegewezen je mag in je groepje bespreken welke ruimte en geluiden jullie gaan gebruiken. Het is de bedoeling dat 1 groep een ruimte na-speelt door gebruik te maken van verschillende handelingen en geluiden. en dat een andere groep komt meespelen vanaf het ogenblik dat je weet wat de ruimte is. Dit doe je pas nadat ik in mijn handen heb geklapt. Jullie mogen al even nadenken.
Als elke groep zijn bewegingen voor zijn ruimte heeft bedacht, start groep 1. Groep 2 mag dan inspringen. Als groep 2 speelt, mag groep 3 inspringen en als groep 3 speelt, mag groep 1 inspringen. Ik speel regisseur en geef telkens aan welke groep mag beginnen en inspringen door in mijn handen te klappen.
je mag in een cirkel gaan staan zo meteen zeg ik een ruimte als ik mijn handen klap beeld je deze ruimte uit wanneer ik terug klap staat iedereen stil je overlegt niet met je buurman.
mogelijke ruimtes: badkamer-onder water- de woestijn- de fabriek-de disco-station -pretpark -dierentuin-frituur-een concert-ziekenhuis-circus-noordpool-speeltuin –het museum –het kasteel – de woestijn-zwembad-de winkel-restaurant-kerk
Materiaal
kaartjes met ruimte
-ding dat kan dienen als teleportator
