Speel mee met de BJB

1. Voorbereiding  

2. Hang de wasdraad ergens op waar alle deelnemers makkelijk kunnen zien en je als begeleider makkelijk aan kan. Stel de verschillende spelen verspreid op op het terrein.

4. 1. Losmaker, groepsverdeler en bepalen stand 

   Iedereen neemt een random plaats in op het terrein en blinddoekt zich. Als iedereen is geblinddoekt dan geeft de begeleider wat aanwijzingen à la: “Ga vooruit”, “draai een kwartslag naar rechts”… (leef je in in de rol van schapenhoeder met je kudde schapen) 

   2 mensen die tegen elkaar botsen vormen een duo. Zij zijn uit, mogen hun blinddoek uit doen en vaardigen één kledingstuk af dat ze een heel spel kunnen missen (sok, sjaaltje, zakdoek, jas…). Ze krijgen ook een wasknijper waar ze hun (groeps)naam op kunnen schrijven.  

   Ze hangen hun kledingstuk met de wasknijper aan de wasdraad.  

   Dit doet iedereen die afvalt tot iedereen tegen elkaar is gebotst (je kan als begeleider op het einde ook gewoon duo’s vormen van de overgebleven kandidaten).  

    

   Je zegt dit niet op voorhand, maar als elk team zijn kledingstuk heeft opgehangen dan is ook de eerste stand bepaald. Het linkse kledingstuk staat op de eerste plaats, het meest rechtse op de laatst plaats.  

5.  

1. Laddercompetitie 

Er zijn verschillende spelen opgesteld op het terrein. We spelen het komende uur een laddercompetitie met de old-schoolspelen. Je kan onderling elkaar uitdagen (je mag maximum 2 standen hoger dan jou uitdagen). Als je wordt uitgedaagd mag je deze uitdaging niet afwijzen. Na de uitdaging komen beide teams naar een begeleider en zeggen wie er gewonnen en verloren is (belangrijk dat er vertegenwoordiging is van beide teams die de winnaar en verliezer bevestigen bij de begeleider). Als de winnaar onder de verliezer staat in de tussenstand dan wisselen zij van plaats.  

Spelen (natuurlijk kunnen deelnemers met hun eigen creativiteit verder duels verzinnen met het beschikbare materiaal): 

Hooivorkspeerwerpendarts 

Er liggen 5 strobalen verspreid aan 1 kant van het terrein. Enkele meters verder is de startlijn. De deelnemers moeten proberen om met de riek naar de strobalen te gooien. Elke strobaal is een bepaald aantal punten waard (dit hangt met een blad op de strobaal). Elke deelnemer mag één keer gooien. De punten van één team worden bij elkaar opgeteld.  

Tractorbandrollen 

Elke groep krijgt een tractorband en moet daarmee zo snel mogelijk een parcours afleggen. 1 persoon moet in de band kruipen, eventueel kan in de helft worden gewisseld. Om het nog wat leuker te maken, kan er water in de tractorband worden gekapt. De ploeg die als eerste het parcours aflegt, wint het spel. 

Spelen Volksspelenkar 

• Zwierbol 
• Stopschieten 
• Ringwerpen Knikkerhuisje 
• Steltlopen 
• Eggeschieten 
• Trou-Madame 
• Pagschieten 
• Kegelen 
• Hoefijzergooien 
• Touwtrekken