Valentijn op de KLJ

De leden worden in 3 of 4 groepen verdeeld. Ze moeten telkens opdrachten uitvoeren of een spel spelen. De groep die wint krijgt kleine hartjes of andere attributen rond Valentijn. Op het einde van het spel moet elke groep 1 iemand versieren met alle gewonnen hartjes/attributen. Deze leden mogen zichzelf en hun outfit op de catwalk showen. De leiding beslist welk lid (en dus welke groep) het beste aangekleed is en het spel wint!

Opdrachten:

1) Hartenjacht: De leiding heeft papieren hartjes verstopt doorheen het lokaal (of buiten). De leden moeten er zoveel mogelijk vinden. De groep die het meeste hartjes gevonden heeft, wint.

2) Quiz: Bv. algemene kennis, fotoronde, muziekronde...

3) Darts: De leden gooien om beurten met pijltjes naar een dartsbord. Op het dartsbord hangen hartjes die ze moeten raken. De groep die de meeste hartjes kan raken, wint.

4) Marco Polo: De leden zijn allemaal geblinddoekt. Doro middel van elkaar te roepen en elkaar te voelen, moeten ze hun eigen groepsleden terugvinden. De groep die als eerste weer compleet is, wint.

5) Kaartje doorgeven: De leden gaan in een cirkel staan. Er wordt een kaart doorgegeven via de mond (zuigen). De personen waarbij de kaart valt, vallen af. De groep die als laatste overblijft, wint.

6) Zing maar mee: Elke groep moet om beurten meezingen met een gekend liedje over de liefde (bv. Ik wil je - de Kreuners, I will always love you - Whitney Houston, Shallow - Lady Gaga...). De leiding geeft elke performance een punt op 10. De groep met de meeste punten, wint.

7) Ik ben verliefd en ik hou van: Iedereen zit op een stoel in de kring. 1 iemand staat in het midden van de kring, waardoor er in de kring een lege stoel is.
De persoon die links zit van de lege stoel begint met de zin: 'IK BEN' en schuift een stoel op naar rechts - degene die links zit naast die persoon die dat zei vult de zin verder aan met: 'VERLIEFD' en schuift weer een stoel op naar rechts - degene die daarnaast zit zegt: 'EN IK HOU VAN (NAAM van iemand in de groep)' en schuift een laatste keer op naar rechts. De persoon van wie de naam genoemd is loopt naar de stoel die leeg is, terwijl degene die in het midden van de kring naar de stoel loopt waar de persoon zat wiens naam genoemd is. Het is wel de bedoeling dat de persoon die in de kring stond niet op die stoel mag kunnen gaan zitten; dus degene die links van de persoon zat wiens naam genoemd was, moet snel opnieuw beginnen met de zin (IK BEN...).