Alle leden staan achter elkaar op een lange rij. Ze houden elkaar niet vast. De leden worden geblinddoekt, behalve de eerste en de laatste van de rij. Deze eerste en laatste zijn de piloten die de ganse rij “vervoeren”. Dit doen zij door om de beurt een geluid te maken, waar de blinden op het gehoor achteraan lopen. De eerste en de laatste maken nooit tegelijk een geluid, ze wisselen elkaar af. Op dat moment dienen de blinden zich dan ook om te draaien om in de andere richting te lopen.