Alle ploegen staan op de rand van een grote cirkel en hebben een nummer. Er is een even aantal ploegen.
Elke ploeg heeft een kruiwagen waarin een persoon zit of staat (de spelers in de kruiwagen mogen niet op hun achterwerk zitten, wel op de knieën, of gewoon rechtstaan). De speler in de kruiwagen heeft een jutezak vast met daarin een bal. De spelleider trekt twee nummers uit een zak en roept deze af. Deze ploegen rijden dan tot in het midden van de cirkel en de spelers in de kruiwagens proberen dan mekaar met de jutezak uit de kruiwagen te kloppen.
Wees voorzichtig bij het spelen van dit spel. Om te vermijden dat het pijnlijk wordt of dat men alleen maar op elkaar inbeukt, speel je volgens deze regels:
- Iedereen wordt verplicht een helm te dragen
- De kruiwagens mogen niet neergezet worden op de grond
- De kruiwagens mogen mekaar ook niet raken
- Is er na 30 sec. nog niemand omgevallen dan zijn er geen winnaars en krijgt er niemand een punt.
Om de veiligheid te verhogen kan je ervoor zorgen dat er iets (bv. een kussen of een baal stro) in de kruiwagen ligt zodat je, op het moment dat je valt, gemakkelijker uit de kruiwagen kan stappen. Speel dit spel op een terrein met zachte ondergrond. De ploegen die gespeeld hebben wisselen dan spelers, niemand mag meerdere malen lopen.
