Maak kleine groepjes en laat hen binnen een tijdslimiet (bv. 4 minuten) zoveel mogelijk gelijkenissen tussen elkaar vinden. Dat kan over eender welk onderwerp gaan (bv. regio, opleiding, wel/geen kinderen, huisdieren, fiets of auto, favoriete film, serie die ze graag kijken, …). Vaak ontdekken ze dan verrassende overeenkomsten. Of misschien komen ze net te weten dat ze minder dingen gemeenschappelijk hebben dan gedacht. Als de tijd om is, kun je in groep vragen wat de antwoorden waren. Wissel tot slot van groepje en begin opnieuw.