De kerstman heeft een brief achtergelaten waarin hij schrijft dat hij het jammer vindt dat de speelclubbers geen kerstspel gedaan hebben.
Omdat hij vindt dat er toch kerstsfeer moet zijn op de chiro heeft hij bij zijn weg terug naar lapland een kerstspel achtergelaten, zodat de speelclubbers toch nog een kerstspel gedaan zouden hebben.
Telkens als de speelclubbers een opdracht goed uitvoeren, krijgen ze kerstpunten. Deze punten kunnen ze later op het kerstfeestje inruilen voor chips of frisdrank.
Opdrachten
Spel 1
Als de kerstman in Amerika cadeautjes uitdeelt, stopt hij deze meestal in een sok die boven de open haard hangt.
Opdracht: De speelclubbers moeten hun schoenen uitdoen en proberen zoveel mogelijk sokken bij de andere leden uit te doen. Als ze 5 sokken hebben krijgen ze 5 punten, bij 4 sokken 4 punten, enz. Let op! Eigen sokken tellen niet mee!
Spel 2
Sommige kinderen tekenen hun cadeautjes voor de kerstman. Laat eens zien hoe goed jullie cadeautjes kunnen tekenen (2 groepen-pictionary). In de winnende groep krijgt iedereen 4 punten, de verliezende 2 punten.
Opdracht: Verzin 20 cadeautjes en laat ze om de beurt tekenen door een van de leden. Als ze het antwoord weten moeten ze op een fluitje blazen.
Spel 3
Jullie hebben waarschijnlijk allemaal wel al cadeautjes gekregen van de kerstman. Maar toch zou hij willen weten wat jullie allemaal gekregen hebben. Ook mogen jullie zeggen wat jullie nog hadden willen hebben.
Opdracht: "Ik zit bij de kerstboom en ik krijg " Doe dit 2 keer. De winnaar krijgt 5 punten.
Spel 4
De kerstman heeft ook ooit foppakjes bij. Hij weet natuurlijk welke dat zijn, maar kunnen jullie dat ook?
Opdracht: Om de beurt wordt er een lid even buiten gelaten. Alle pakjes worden op de tafel gelegd en er wordt afgesproken welk pakje het "foppakje" is.
Het lid dat terug binnenkomt moet telkens een pakje van de tafel nemen, als hij het foute neemt roept iedereen"boe!".
Diegene die het juiste pakje eruit kan halen krijgt 8 punten, lukt het niet krijg je niets.
Spel 5
De kerstman moet altijd door de schoorsteen naar binnen. Maar voor hij daar is moet hij nog over het dak lopen, wat best gevaarlijk is als je geen evenwicht hebt.
Ook moet je opletten voor windstoten. Laat eens kijken of jullie dat ook zouden kunnen.
Opdracht: Leg een balk op 2 stoelen en laat de leden daar kussengevecht op doen. Loot de namen en stel vooraf een tornooi op. Diegene die wint krijgt 5 punten. Kussens voor het vallen!
Spel 6
Als het kerstmis is wordt er altijd veel en snel gegeten. Laat eens zien wie er allemaal goed gegeten heeft met kerstmis.
Opdracht: Ieder lid krijgt 3 touwtjes met daaraan iets om te eten. Dit moeten ze voor het snelst met de handen op de rug doen. De eerste krijgt 5 punten, de tweede 4 enz.
Spel 7
Met kerstmis worden er altijd pakjes uitgedeeld. Dit wordt op de chiro ooit gedaan met de stoelendans. Oefen maar eens voor straks.
Opdracht: Stoelendans. De laatste krijgt 5 punten, de voorlaatst 4 enz. Doe dit 2 à 3 keer.
Spel 8
Voor de pakjes in de slee te doen, krijgt de kerstman hulp van veel elfjes. Deze moeten heel goed en heel snel de pakjes kunnen doorgeven.
Jullie mogen al eens oefenen, maar wel met een bal, die kan je immers niet kapot laten vallen.
Opdracht: Estafette: op een rij een bal doorgeven, eerst boven het hoofd; dan tussen de benen. De ploeg die wint krijgt 4 punten, de verliezende 2
Spel 9
De kerstman vindt het gek dat er geen kerstboom in het lokaal staat. Daarom heeft hij twee bomen klaargezet. De groep die het eerste de kerstboom heeft versierd krijgt 4 punten, de verliezende 2.
Opdracht: 2 kerstbomen versieren
Spel 10
Iedereen weet dat de kerstman een dikke man is. Hij is ook benieuwd hoe jullie eruit zouden zien als jullie zo dik waren.
Opdracht: Terug 2 groepen. Laat de leden 1groepslid zoveel mogelijk kleren aantrekken. De winnende ploeg krijgt 4 punten, de verliezende 2.
Spel 11
Jullie hebben toch al wel enkele jaren kerstmis gevierd. Nu is de kerstman benieuwd hoeveel jullie eigenlijk wel afweten van kerstmis.
Opdracht: Kerstquiz: 10 vragen ivm kerstmis, in twee groepen. Als iemand het antwoord weet moet hij op een fluit blazen die ergens in het lokaal ligt. Per goed antwoord zijn er 2 punten te verdienen.
Tussentijdse opdracht: Laat het liedje "jingle bells" spelen tijdens een activiteit.
Als de leden het liedje horen moeten ze zo vlug mogelijk op een stoel in het lokaal gaan zitten en een pakje in hun handen nemen. Diegene die het eerste is krijgt 3 punten.
van Erwin Plessers, LJ/0110, Avanti Achel, Hamont-Achel