De kinderen staan verspreid door de ruimte. 1 kind heeft een bal, de anderen zijn krokodillen (2 kinderen die een kop en een staart vormen, de staart houdt de kop ter hoogte van het bekken vast.)
Het kind met de bal moet proberen de staart van de krokodil te raken. Wanneer het kind erin slaagt een staart te raken, wordt hij kop, de kop wordt staart en de staart neemt de bal. De kop mag de bal met de handen afweren.