Er wordt aan de leden gevraagd om koppeltjes van een paard en een ruiter te maken (de ene springt bij de andere op de rug), zonder te vermelden met welk doel.
Als dit gebeurd is, zeg je dat de paarden één groep is, en de ruiter de andere.
Opmerkingen
Let wel op, dit verdeelspelletje is niet geschikt voor alle spelen, want het is waarschijnlijk dat alle grote, eventuele sterke kinderen bij elkaar komen te staan, en de kleinere, lichtere ook bij elkaar.