De twee of meer bubbels plaatsten hun boten op hun raster. De teamkapitein houdt hun raster bij. De bubbels voeren opdrachten uit tegen elkaar, de winnende bubbel mag na de opdracht een coördinaat gokken. Wanneer een bubbel een juist coördinaat gok mag het nog een tweede keer gokken. De bubbel die alle boten van de tegenstanders kan laten zinken is de winnende bubbel. Met het aantal en de grootte van de boten bepaal je hoelang het zal duren.
Opdrachten/ spelletjes
1,2,3 piano: niet persoon tikken maar gewoon over een lijn geraken. De beide bubbels blijven in hun eigen vak
Om ter eerst op elkaars knieën gaan zitten in een cirkel
Om ter eerst een fietsband doorgeven een cirkel als iedereen handen geeft
Estafette zakspringen
Kippenkoers-> estafette met een fles water tussen de knieën.
Pizzadoos tennis-> om ter snelst een pingpongbal in een emmer door per twee naar elkaar de bal te spelen met het stuk karton. Als het balletje valt geven ze het karton door aan twee anderen van de bubbel
Stoelenrace
Patat op vork: per bubbel gaan de leden per twee tegenover elkaar staan. De ene gooit een patat en de andere moet de patat dan op zijn vork vangen.
Schoen schieten
Dokter Knobbel -> leiding doet groep in de knoop anders gaan ze niet goed in de knoop zitten
Dierennamen ketting: op 10 min zo een lang mogelijke ketting
Materiaal
- 6 bladen papier
- 4 stylo’s
- 2 stukken karton
- 2 alcoholstiften
- Rol lint -> terrein en neutrale zone maken
- 2 fietsbanden
- 2 jutten zakken
- 2 flessen water
- 4 pizzadozen
- 20 stoelen
- 12 vorken
- 6 patatten