Kent iedereen elkaars naam? Goed! Dan is het tijd om een stapje verder te gaan. Wat weten jouw leden over elkaar? Focus niet op verschillen, maar zoek naar wat jouw leden bindt.
Op de schoot
Laat de spelers in een cirkel zitten. Stel een vraag waarop het antwoord ja of nee is. Zoals 'Heb je een zus?' of 'Is jouw lievelingsvak op school wiskunde?' of 'Hou jij van voetballen?'. Iedereen voor wie het antwoord ja is, moet een plaats opschuiven naar rechts. Is je antwoord nee, dan moet je blijven zitten. Bijvoorbeeld: Liam antwoordt ja op de vraag of hij een zus heeft. Brick antwoordt nee en moet blijven zitten. Omdat Brick blijft zitten, gaat Liam op zijn schoot zitten.
Stel nu een nieuwe vraag. Liam en Brick mogen enkel doorschuiven als ze allebei ja kunnen antwoorden.
Speel door tot alle spelers op elkaars schoot zitten.
Tip: pas het spel aan aan hoe goed de spelers elkaar al kennen. Bij een groep met veel nieuwe leden stel je het beste eerst wat 'basic’ vragen. Kennen de leden elkaar al sinds de ribbels, dan kun je heel gedetailleerde vragen stellen. Wie heeft er al meer dan drie keer iets gebroken? Wie heeft nog nooit een onvoldoende gehaald?
Kennismakingsbingo
Maak een kennismakingsbingo! Hoe doe je dat? Simpel! Schrijf enkele stellingen op een blad papier. Bijvoorbeeld 'Ik bespeel een muziekinstrument' of 'Mijn lievelingseten is friet met stoofvlees'. Schrijf evenveel stellingen op papier als er leden zijn. Zorg dat er voor elk lid een blad papier is. Bij aankomst van de leden geef je hen elk een blad. Ze moeten zo snel mogelijk voor elke stelling iemand vinden waarvoor de stelling opgaat. Wie daar als eerste in slaagt, wint.
Opgelet: het is leuker als ze elke naam maar één keer mogen gebruiken!