Iedereen zit in een kring, op knieën en handen. Je kijkt allemaal naar elkaar. Eén iemand verlaat het lokaal. Ondertussen spreken de anderen het volgende af: Als de spelleider "koetje" zegt zegt iedereen erna "beeuu". We spreken af dat we 3 maal "beu" terug antwoorden , de vierde keer moet iedereen zwijgen.
De persoon die naar buiten gegaan is komt terug binnen. Hij gaat midden in de kring zitten. Hij is zogezegd het kalf dat zijn moeder zoekt. Als de spelleider "koetje" zegt moet iedereen "beu" roepen. Hij moet proberen raden wie zijn moeder is. Zijn moeder zal zogezegd het luidst loeien. Hij roept ook "beu" mee. Het spel begint. Hij zal zoals de rest heel luid loeien. Maar de vierde keer zal hij de enige zijn die loeit.