Er is 1 iemand die de leiding neemt ( iemand die het spel kent ) en zegt : " ik ga naar het land nogrnogi en ik neem mee ". De anderen moeten allemaal dingen zeggen bv. :
een fiets ( mag niet mee want er zit een i in ), een velo ( mag wel mee want er zit geen i en geen r in ).
Het komt er op neer dat de kinderen vinden wat mee mag en wat niet .
tip: NOG(een)R,NOG(een)I.
;););)
van Sofie Declerck, WM/1704, Chiromeisjes, Lichtervelde