In de wereld gaat er altijd wel iets mis. Troubles hier, problemen daar. De ribbels kunnen dat oplossen door een grote superheld te worden. Maar een superheld word je niet zomaar. Er gaat heel wat training aan vooraf. De ribbels krijgen de kans om zich in te schrijven in de Superribbelheldenacademie, het grootste trainingscentrum voor superhelden in spe. Welkom!
VERLOOP VAN HET SPEL
De ribbels worden allemaal studenten aan de Superribbelheldenacademie, waar ze een opleidingsprogramma volgen voor superhelden. Als ze alle lessen tot een goed einde gebracht hebben, krijgen ze een diploma van ‘Superribbelheld’.
Les 1: Verzin een naam en strijdkreet
Elke superheld heeft een naam en een strijdkreet nodig. Overloop samen met de ribbels de superhelden die ze kennen. Misschien kunnen hun namen hen inspireren? Nadat jullie voor iedereen een naam gekozen hebben, verzin je samen een kreet. Maak die zo indrukwekkend dat elke bandiet het meteen op een lopen zet. Laat de ribbels de kreet een paar keer samen oefenen. Ayoyaaa oe oe!
Les 2: Ken je collega’s
Een superheld kent zijn of haar collega’s door en door. Zo weten de helden waar ze een handje kunnen toesteken. Geef de ribbels enkele vragen over superhelden die ze goed moeten beantwoorden voor ze aan de praktijk kunnen beginnen.
Les 3: Aaaaademspel
Omdat superhelden soms lang zonder adem zitten, is het noodzakelijk om hierop te trainen. Elke ribbel begint van een bepaald punt te lopen en roept aaa tot zijn of haar adem op is. Je kunt de ribbels elkaars tijd laten opmeten. Bijvoorbeeld: terwijl Jasper aaa roept, telt Michaël luidop hoe lang hij erover doet. Laat je ribbels dat een aantal keren herhalen, zodat ze hun persoonlijk record kunnen verbreken.
Les 4: Extreme laagtes
Soms moeten superhelden mensen uit een brand redden. Hiervoor moeten ze goed kunnen bukken en door kleine ruimtes lopen. Gelukkig kunnen de ribbels dat op een leuke manier leren: door de limbo te doen. Hou een sjaal of bezemsteel in de lucht. De ribbels moeten daar nu allemaal achterovergebogen onderdoor lopen. Als alle ribbels eronderdoor geraakt zijn, laat je de sjaal of bezemsteel een beetje zakken. Zo moeten ze telkens dieper en dieper achterover buigen. Wie valt of er niet onderdoor geraakt, valt af. Ga zo door tot er maar één ribbel over blijft.
Les 5: 1-2-3 piano, de sluip-editie
Een superheld mag niet opvallen. Als er gevaarlijke boeven op de loer liggen, moeten superhelden zich goed kunnen verbergen. Daarom oefenen we nu met een sluipversie van 1-2-3 piano. Eén ribbel, bijvoorbeeld Bartelt, staat aan de ene kant van het veld, de anderen staan aan de overkant. Bartelt staat met zijn gezicht naar de andere ribbels. Op een bepaald moment draait hij zich om en roept hij ‘1-2-3 piano’, waarbij hij drie keer op de muur klopt. Ondertussen moeten de andere ribbels zich in zijn richting verplaatsen, maar ze mogen daarbij enkel sluipen. Wanneer hij zich opnieuw omdraait, moeten ze stil blijven liggen. Als Bartelt zich omdraait en hij ziet ribbel Ines toch nog sluipen, dan moet Ines terug naar de startlijn. Het spel stopt als een ribbel tot bij Bartelt geraakt en zijn voet kan tikken.
Les 6: Duizelig op de bal trappen
Ook als superhelden slapen, moeten ze op hun hoede zijn. Je moet in één seconde wakker kunnen worden om een inbreker een trap tegen zijn of haar kont te geven. Als je snel opstaat, ben je wel vaak duizelig. Duizelig is het ietsje moeilijker om je bewegingen te coördineren. Daarop moeten ze even oefenen! Verdeel de ribbels in twee teams. Geef elk team een kegel en een bal. De ribbels moeten aan hun kegel staan. Leg de bal een paar meter verderop. Het is de bedoeling dat alle ribbels van elk team tien keer rond de kegel draaien en daarna proberen de bal weg te schoppen. Time de tijd van de twee ploegen en kijk of ze hun persoonlijk record kunnen verbreken!
Les 7: Extra geheim wapen
Het is ook altijd handig om een extra geheim wapen bij de hand te hebben. De ribbels zullen leren hun schoen als geheim wapen te gebruiken, zodat boeven geen schijn van kans meer hebben. Geef de ribbels de opdracht om op één lijn te staan en hun schoenen al los te knopen. Ze moeten nu met hun voet hun schoen zo ver mogelijk de lucht in katapulteren. Laat de ribbels dit een drietal keer proberen.
Les 8: Brandpaal
Brandende gebouwen zijn voor superhelden supergevaarlijk. Geef hen daarom een ‘brandpaaltraining’. De ribbels moeten in een cirkel staan en elkaars handen vastnemen. Zet in het midden van de kring een kegel. Die stelt een brandende paal voor. Het is de bedoeling dat ze elkaar tegen de paal duwen zonder zelf geraakt te worden. Wie de paal raakt, valt af.
EINDE VAN HET SPEL
Nu de ribbels alle lessen tot een goed einde gebracht hebben, zijn ze klaar om de wereld te behoeden voor alle schurken van deze aardbol. Geef hen een diploma ‘Superheld’ van de Superribbelheldenacademie. Jullie kunnen samen ook nog een echte superheldencape knutselen. Zo hebben de ribbels een aandenken aan hun leuke dag