Door verschillende opdrachten/vragen de verbondenheid van de jongeren met elkaar en de wereld ter sprake brengen.
Verloop:
Er zijn op het bord 5 verschillende vakjes te zien, bijhorend heb je dus 5 soorten vragen/opdrachten:
mannetje en spiegel: vragen over mezelf
2 mannetjes geven hand: vragen over mezelf en ander
mannetjes op elkaar: vragen over groep
mannetjes die klappen: groepsopdrachten
vraagteken: situaties
De leden kiezen elk een persoonlijke pion. Dan gooien ze elk om beurt met de dobbelsteen. Ze nemen dan het bijhorende kaartje en lezen de vraag/opdracht. Degene die als eerste einde bereikt is de winnaar.