De bedoeling van het spel is om de vlag van de andere ploeg in het eigen kamp te krijgen.
Je verdeelt de groep in 2 ploegen. Elke ploeg maakt een kamp in het bos waar ze de vlag verstoppen (in ons geval een bouwvakkershelm). In dit kamp staat ook de pot met waterverf voor de paintball, elke ploeg heeft zijn eigen kleur. Bovendien staan er ook twee flesjes met water in elk kamp.
De ploegen moeten nu het andere kamp aanvallen om de vlag te zoeken. Dat mogen ze pas doen nadat ze alletwee de flesjes uitgegoten hebben.
Elke persoon heeft ook een leven bij (kaartje in de kleur van de ploeg) en een spuit met verf in. Men kan zich dus verdedigen door een persoon van de andere ploeg eraan te spuiten. Wanneer dit gebeurt moet deze persoon zijn leven afgeven en een nieuw gaan halen bij de begeleiding.
Wanneer je de vlag kunt bemachtigen moet je die eerst nog tot in het kamp proberen te krijgen. Dit moet al rugbyend gebeuren. Je mag de vlag dus doorgeven naar andere mensen van de ploeg maar alleen door ze achteruit te gooien. (Wanneer men de vlag al rugbyend naar de andere kant brengt, dan geldt het paintballgedeelte even niet meer). De andere ploeg mag natuurlijk proberen om hun vlag terug te bemachtigen. Wanneer zij hun vlag kunnen afpakken en terug in hun kamp krijgen, dan wordt er terug 1 flesje gevuld. Wanneer de andere ploeg de vlag in hun kamp krijgt dan is die ploeg gewonnen.
